Huisdieren en roken niet toegelaten. Het staat in veel vastgoedzoekertjes. Maar tenzij de huurwoning niet geschikt is, mag u huisdieren niet weigeren. Roken verbieden kan wel.
In Vlaanderen heeft een op de vijf huishoudens een hond en een op de vier huishoudens een kat. Voor alleenstaanden, een groeiende bevolkingsgroep, is een huisdier vaak het enige gezelschap dat ze hebben. Helaas is de huurmarkt niet erg diervriendelijk. In België ervaart meer dan de helft van de kandidaat-huurders met huisdieren moeilijkheden om een woning te vinden. Vooral op grote honden zijn verhuurders niet zo tuk.
Dierenvrienden
Om de ‘huursector meer open te stellen voor dierenvrienden’ heeft Vlaams minister van Dierenwelzijn Ben Weyts (N-VA) in augustus 2018 een akkoord gesloten met de sectororganisatie Verenigde Eigenaars. De standaardclausule (zie onderaan) in een huurcontract is sindsdien dat de verhuurder huisdieren niet mag verbieden, tenzij het reglement van het appartementsgebouw huisdieren verbiedt of als de huurwoning ongeschikt is voor een bepaald dier - denk aan een grote hond in een studio of klein appartement.
‘De uitzondering wordt de regel. Wat regel was, wordt uitzondering’, aldus Weyts. Voordien was de standaardclausule meestal dat huurders geen huisdieren mochten houden, tenzij na schriftelijke toestemming van de verhuurder, een toestemming die de verhuurder meestal ook weer kon intrekken.
Geen vrij spel
Kleine dieren die geen schade aan de huurwoning of geen overlast veroorzaken, zijn altijd toegelaten. Voor grote huisdieren wordt gekeken naar de concrete situatie. Ook de rechter zal dat doen als verhuurder en huurder het niet eens raken. Het is dan een feitenkwestie, waarbij de rechter kijkt naar de impact op de leefbaarheid voor andere bewoners, de geschiktheid van het pand, de overlast, de schade, vuil… Hij kijkt niet alleen naar de woning, maar ook naar het welzijn van het dier.
Dat ‘huisdieren toegelaten’ de nieuwe norm is, betekent overigens niet dat de huurder vrij spel krijgt. Want hij blijft aansprakelijk voor de overlast en de schade die het dier veroorzaakt. Als huurder is hij namelijk verplicht het pand als een ‘goede huisvader’ te beheren. Hij is verantwoordelijk voor schade die hij had kunnen voorkomen. Een goede plaatsbeschrijving bij het begin van het huurcontract kan discussies voorkomen over welke schade er al was en welke niet. Weigert de huurder de schade te herstellen die het huisdier veroorzaakt heeft, dan kunt u als verhuurder de huurwaarborg aanspreken.
Roken verboden
Een kandidaat-huurder weigeren omdat hij rookt, mag niet. Dat is discriminatie. Maar experts menen dat u in het huurcontract wel een rookbeperking of zelfs een rookverbod voor de woning kunt opnemen. Niet de roker, maar het roken wordt geweerd. Intensief roken veroorzaakt namelijk geurhinder en kan de muren en plafonds beschadigen.
Tijdens de onderhandeling voor het sluiten van een huurcontract kunt u het roken ter sprake brengen en het ‘modaliseren’, door afspraken te maken om het recht op roken te bevestigen, te beperken of te verbieden. Zo kunt u bijvoorbeeld bepaalde gemeenschappelijke ruimtes rookvrij willen houden of het roken expliciet toelaten in welbepaalde ruimtes.
Eventuele schade moet de roker sowieso vergoeden. Ook zonder een uitdrukkelijk rookverbod in de huurovereenkomst kunt u de vertrekkende huurder vragen de schade boven op de normale slijtage te herstellen. Om onnodige discussies te vermijden is een gedetailleerde plaatsbeschrijving belangrijk. Daarin kunt u bijvoorbeeld opnemen dat de verf en het behangpapier ‘geen sporen van rook of nicotine’ bevatten en dat de woning ‘zonder sigarettengeur’ werd opgeleverd.